Speelhuys: het Hollandse Nachtleven anno 1700
14 juli 2013 | 16.45 uur
| ,

Stort je in het Hollandse nachtleven anno 1700.
De Amsterdamse speelhuizen rond 1700: kroeg, danslokaal en bordeel tegelijkertijd. Het is er een beetje donker en het ruikt er merkwaardig. Consumptie verplicht. Je begint met een glaasje, of twee, of drie; wijn of Hamburgs bier. Een pijp tabak erbij, kost een stuiver bij de waard. De lichte dames zijn niet verplicht, maar wel verleidelijk. En natuurlijk is er live muziek. De muzikanten spelen op verzoek de dansen en liedjes die iedereen kent en die iedereen meezingt. En het wordt laat, heel laat.
Speelhuys brengt de muziek uit de Amsterdamse speelhuizen weer tot leven. Na zo’n 300 jaar bestaat het muzikale menu nog steeds uit liederen van hoger en lager allooi uit alom bekende drukwerken als ‘t Amsterdamse rommel-zootje (1651), Amsterdamse Kermiskoeck (1680) en Het Vermakelyk Bagyn-Hof (1739) afgewisseld met meeslepende dansmuziek uit Oude en Nieuwe Hollantse Boeren Lieties en Contredanse (1701-1713) of het Nieuwe Hollandsch Speel-huis (1762) en sporadisch onderbroken door een zedige vermaning uit de Lusthof der Zielenuit 1692 of de Opwekkelyke Zedezangen uit 1716.
De muzikanten van Speelhuys spelen en zingen de overgeleverde melodieën uit het destijds populaire repertoire, arrangeren ze en improviseren, net als de muzikanten destijds, eromheen met een gevarieerd instrumentarium. Eigenlijk is er dus nog niet zo veel veranderd. Alleen de drank, de dames en de pijp tabak moeten er worden bijgedacht.
De viering van Grachten400 vormt het passende kader van dit optreden.
Speelhuizen
….Deze Huyzen daar men Muzikanten houd zyn zeekerlyk ’t bederf van d’ Amsterdamsche Ieugt; want daar de jonge Borsjes voor deesen schroomden in Hoer-huizen te gaan, dewyl men gehouden was, te veel te verteeren, kunnen z’er nu met een kleyntje te recht raaken; vermits de menigte der Gasten d’ oorzaak is dat ze met een pint wyn een uur of drie ’t geluyt van Bas en Fiool, en ’t gesigt van zoo veel Vrouwlui kunnen genieten die zich ieder op ’t best palleeren, om in d’ oogen der Aanschouwers behaagelijk te zyn….
(‘t Amsterdamsch Hoerdom 1681)
De muzikanten werden betaald om dansmuziek te spelen. Toch werd er evenveel gezongen als gespeeld: daar zorgden de gasten zelf voor, vaak aangevuurd door de ‘dames’. Enkele lokalen werden geroemd vanwege de zangkwaliteiten van meisjes die daar werkten. Ook in Speelhuys is de zangstem vrouwelijk.
The Amsterdam ‘speelhuizen’ from the 17th and 18th centuries, night life’s temptations and avoided by decent people…. Beer, wine and jenever, tobacco smoke, dancing to the music played by violin and bass, singing the rowdy or frivolous new songs – and the tempting presence of the ladies of the profession. Speelhuys revives these localities with music and song.